Lezing: “De plundertochten van de Gelderse krijgsheer Maarten van Rossem (1542-1543)”: verschil tussen versies

Geen bewerkingssamenvatting
Geen bewerkingssamenvatting
(Een tussenliggende versie door dezelfde gebruiker niet weergegeven)
Regel 4: Regel 4:
|omschrijving=door Sander Wassing}}
|omschrijving=door Sander Wassing}}
{{sys:kop:beschrijving}}
{{sys:kop:beschrijving}}
{{sys:blockfloat|top=In juli 1542 trok de Gelderse krijgsheer Maarten van Rossem (ca. 1478-1555) met zijn troepen via het Land van Valkenburg naar Roermond. Dit was de hoofdstad van het Gelderse kwartier Opper-Gelre, de machtige buur van het vorstendom Thorn. De soldaten waren zwaar bepakt met allerlei goederen en dreven vee voor zich uit: buitgemaakt in Brabant en Vlaanderen. De inwoners van de streek maakten kennis met een beruchte en gevreesde man. Zijn lijfspreuk “blaken en branden is het sieraad van de oorlog” werd door hem en zijn soldaten omgezet in meedogenloze daden.  
{{sys:blockfloat|top=In juli 1542 trok de Gelderse krijgsheer Maarten van Rossem (ca. 1478-1555) met zijn troepen via het Land van Valkenburg naar Roermond. Dit was de hoofdstad van het Gelderse kwartier Opper-Gelre, de machtige buur van het vorstendom Thorn. De soldaten waren zwaar bepakt met allerlei goederen en dreven vee voor zich uit: buitgemaakt in Brabant en Vlaanderen. De inwoners van de streek maakten kennis met een beruchte en gevreesde man. Zijn lijfspreuk “blaken en branden is het sieraad van de oorlog” werd door hem en zijn soldaten omgezet in meedogenloze daden.<br>
Brabant  en Vlaanderen vormden in de zestiende regelmatig het toneel van guerrilla-overvallen door Gelderse krijgsbenden. Kerkklokken, boden en rookkolommen aan de horizon waarschuwden dorpsbewoners dat de ‘gelderaers’ in aantocht waren. Van Rossem stond in de zestiende eeuw bekend als de ‘gesel van de boeren’. Al van oudsher begonnen en eindigden veel van deze plundertochten in Roermond.  
Brabant  en Vlaanderen vormden in de zestiende regelmatig het toneel van guerrilla-overvallen door Gelderse krijgsbenden. Kerkklokken, boden en rookkolommen aan de horizon waarschuwden dorpsbewoners dat de ‘gelderaers’ in aantocht waren. Van Rossem stond in de zestiende eeuw bekend als de ‘gesel van de boeren’. Al van oudsher begonnen en eindigden veel van deze plundertochten in Roermond.<br>
Hebzucht en politieke intriges vormden de drijfveren van al deze ellende. Landsheer Karel V (1500-1558) koesterde de ambitie om alle Nederlandse provincies aan zijn gezag te onderwerpen. Dat betekende dat hij ook het hertogdom Gelre bij zijn gebieden wilde voegen; een ambitie waar de Gelderse hertogen zich uiteraard fel tegen verzetten. De gewone man kreeg de rekening gepresenteerd van het conflict dat tot 1543 steeds hoger opliep. Decennia lang hield Maarten van Rossem in dienst van de Gelderse hertogen door terreur en guerrillaoorlogvoering de Nederlanden in zijn greep.  
Hebzucht en politieke intriges vormden de drijfveren van al deze ellende. Landsheer Karel V (1500-1558) koesterde de ambitie om alle Nederlandse provincies aan zijn gezag te onderwerpen. Dat betekende dat hij ook het hertogdom Gelre bij zijn gebieden wilde voegen; een ambitie waar de Gelderse hertogen zich uiteraard fel tegen verzetten. De gewone man kreeg de rekening gepresenteerd van het conflict dat tot 1543 steeds hoger opliep. Decennia lang hield Maarten van Rossem in dienst van de Gelderse hertogen door terreur en guerrillaoorlogvoering de Nederlanden in zijn greep.<br>
Wie was Maarten van Rossem en wat dreef hem? Hoe trof zijn harde hand het Brabantse en Vlaamse platteland en hoe gingen de bestuurders van het vorstendom Thorn om met hun temperamentvolle, Gelderse buurman? Kunnen we in kaart brengen welke personen specifiek werden getroffen? Deze en andere vragen worden tijdens de lezing aan de orde gesteld.   
Wie was Maarten van Rossem en wat dreef hem? Hoe trof zijn harde hand het Brabantse en Vlaamse platteland en hoe gingen de bestuurders van het vorstendom Thorn om met hun temperamentvolle, Gelderse buurman? Kunnen we in kaart brengen welke personen specifiek werden getroffen? Deze en andere vragen worden tijdens de lezing aan de orde gesteld.   
}}{{sys:blockfloat|top=
}}{{sys:blockfloat|top=
{{#tag:easyview|hX57ric.jpg#PK96dTr.jpg#VmC4gBt.jp#gjBjfjMi.jpg|thumbsize=600|type=imgur|thumbnail=https://i.imgur.com/zn7MpWg.jpg|column=2|shadow=true|caption=Maarten van Rossem (1490-1555)|captionref=Afbeelding afkomstig van [https://historischekringnieuwpoort.nl/wp-content/uploads/2018/11/Maarten-van-Rossum.jpg historische kring nieuwpoort]|blockfloat=true}}
{{#tag:easyview|hX57ric.jpg#PK96dTr.jpg#VmC4gBt.jpg#jBjfjMi.jpg|thumbsize=600|type=imgur|thumbnail=https://i.imgur.com/zn7MpWg.jpg|column=2|shadow=true|caption=Maarten van Rossem (1490-1555)|captionref=Afbeelding afkomstig van [https://historischekringnieuwpoort.nl/wp-content/uploads/2018/11/Maarten-van-Rossum.jpg historische kring nieuwpoort]|blockfloat=true}}
}}
}}

Versie van 22 feb 2023 16:00

22-05-2023 20:00Terug naar Geschied- en heemkundige kring "Het Land van Thorn"Maandag
22-05-2023 20:00
Zaal “Aod Thoear”, Steegputstraat 4, te Thorn
door Sander Wassing

Beschrijving

In juli 1542 trok de Gelderse krijgsheer Maarten van Rossem (ca. 1478-1555) met zijn troepen via het Land van Valkenburg naar Roermond. Dit was de hoofdstad van het Gelderse kwartier Opper-Gelre, de machtige buur van het vorstendom Thorn. De soldaten waren zwaar bepakt met allerlei goederen en dreven vee voor zich uit: buitgemaakt in Brabant en Vlaanderen. De inwoners van de streek maakten kennis met een beruchte en gevreesde man. Zijn lijfspreuk “blaken en branden is het sieraad van de oorlog” werd door hem en zijn soldaten omgezet in meedogenloze daden.
Brabant en Vlaanderen vormden in de zestiende regelmatig het toneel van guerrilla-overvallen door Gelderse krijgsbenden. Kerkklokken, boden en rookkolommen aan de horizon waarschuwden dorpsbewoners dat de ‘gelderaers’ in aantocht waren. Van Rossem stond in de zestiende eeuw bekend als de ‘gesel van de boeren’. Al van oudsher begonnen en eindigden veel van deze plundertochten in Roermond.
Hebzucht en politieke intriges vormden de drijfveren van al deze ellende. Landsheer Karel V (1500-1558) koesterde de ambitie om alle Nederlandse provincies aan zijn gezag te onderwerpen. Dat betekende dat hij ook het hertogdom Gelre bij zijn gebieden wilde voegen; een ambitie waar de Gelderse hertogen zich uiteraard fel tegen verzetten. De gewone man kreeg de rekening gepresenteerd van het conflict dat tot 1543 steeds hoger opliep. Decennia lang hield Maarten van Rossem in dienst van de Gelderse hertogen door terreur en guerrillaoorlogvoering de Nederlanden in zijn greep.
Wie was Maarten van Rossem en wat dreef hem? Hoe trof zijn harde hand het Brabantse en Vlaamse platteland en hoe gingen de bestuurders van het vorstendom Thorn om met hun temperamentvolle, Gelderse buurman? Kunnen we in kaart brengen welke personen specifiek werden getroffen? Deze en andere vragen worden tijdens de lezing aan de orde gesteld.
Maarten van Rossem (1490-1555)
Afbeelding afkomstig van historische kring nieuwpoort